Op de thee bij de Vikingen van Dagestan

“De Vikingen, die kwamen toch uit Nederland?” vraagt Anas in zijn guesthouse bij de watervallen van Salta. Anas en zijn vrouw Elvira zijn Avaren – met bijna 30% de grootste etnische groep in Dagestan. Ik vertel hem dat de Vikingen wel eens bij ons op bezoek kwamen. “Nou, in Dagestan had je ook een soort Vikingen,” vervolgt Anas met een grijns. “Die gingen graag op plundertocht naar Georgië. Geen goede vechters, de Georgiërs, maar ze maken prima wijn! En dan namen we allemaal leuke dingen en vrouwen mee terug naar Dagestan. Dat deden die ‘Vikingen’ niet alleen in Georgië, maar overal in de Kaukasus. En nu is Dagestan een bonte mix van volkeren en worden er hier dertig tot veertig talen gesproken!”

Of dergelijke ondernemingsgezindheid echt de basis vormt voor de demografische samenstelling van de republiek betwijfel ik, maar het is waar dat de diversiteit in Dagestan bijzonder groot is. Naast Avaren heb je hier Dargiërs, Koemukken, Lezgiërs, Laken en zo nog een stuk of dertig bevolkingsgroepen. Nog geen vier procent van de Dagestanen is etnisch Rus, al is het Russisch wel de verbindende en belangrijkste van de dertien officiële talen. Alleen thee is nog alomtegenwoordiger dan het Russisch. Anas schenkt ons nog eens in, terwijl Elvira grote stukken watermeloen snijdt. “Eigenlijk ben ik een moderne Viking,” lacht Anas. De deksel van de oven in zijn tuin is een prachtige platte steen uit Gamsutl. “Eerlijk gevonden,” licht Anas toe.

Over golvend asfalt rijden we de volgende dag naar het spookdorp Gamsutl. Het ‘Machu Picchu van Dagestan’ is een versterkte nederzetting bovenop een bergtop. Auls zoals deze vind je overal in ondoordringbare en afgelegen delen van de Kaukasus. Georgië heeft de verdedigingstorens van Svaneti, Dagestan heeft het verlaten Gamsutl. “Er komen hier ontzettend veel toeristen uit de hele wereld,” vertelt Khurag trots. “Uit Tsjechië, uit Brazilië, ja, zelfs uit India!” Zijn vader werd in Gamsutl geboren en Khurag bouwt nu zelf een nieuw huis aan de voet van de berg. Khurags erf stroomt langzaam vol met broers, ooms en neven uit Makhachkala. “Morgen is het feest in Gamsutl,” vertelt hij. “De eerste gasten uit de hoofdstad zijn al gearriveerd.”

Tot drie jaar geleden woonde er nog een stokoude man in deze aul, waar opvallend veel honderdjarigen leefden. “De oudste werd 127,” beweert Khurag. Nu is het sprookjesachtige ruïnedorp volledig verlaten. De beloofde hordes buitenlandse toeristen blijven ook uit. Samen met Salta is Gamsutl één van de absolute highlights van Dagestan, maar van de weinige bezoekers bereidt niemand zich goed voor. “Is het nog ver?” puffen ouders die met kleine kinderen naar boven sjokken. De meeste van hen lopen op slippers. Het is maar goed dat er mensen zoals Khurag zijn, die de vermoeide wandelaars onderaan de berg met thee en koekjes onthaalt. De moderne Vikingen uit Dagestan delen hun spullen graag.

Op de thee in boeddhistisch Kalmukkië
Onafhankelijkheidsdag in Abchazië